Vertrouwen
In Numeri 12 lezen we dat Mirjam en Aäron jaloers zijn en kritiek geven op Mozes. Wie zegt dat Mozes zo bijzonder is? God spreekt toch ook met Mirjam en Aäron? En ze beschuldigen Mozes dat hij doet alsof hij beter is en meer is dan zij. ‘Maar Mozes was juist een heel bescheiden man.’ (Numeri 12:3)
God zegt: ‘Tegen jullie spreek ik in dromen en raadsels, maar tegen Mozes spreek ik direct, face to face. Want ik kan hem helemaal vertrouwen.’
Als ik mezelf met iemand moet vergelijken, dan zouden het Mirjam en Aäron zijn, zeker niet Mozes. Ik ben feilbaar. Jaloers. Ik beschuldig mensen onterecht. Wantrouwend, snel kwaad.
De grap is natuurlijk dat God Mozes volledig vertrouwt, terwijl Mozes echt niet altijd het juiste deed. Denk maar aan de keer dat hij met zijn stok op de rotsen sloeg om water te krijgen, terwijl God had gezegd dat hij tegen de rots moest spreken.
Desondanks: God vertrouwde Mozes.
Dankzij Jezus’ komst geloof ik dat wij onszelf met Mozes mogen vergelijken. God spreekt direct tot ons. Soms in dromen en raadsels, maar soms ook helder en duidelijk. Jezus’ komst heeft Gods vertrouwen in ons hersteld. Zijn wij nu volmaakt? Nee. Maar wel vertrouwenswaardig.
Dus: kan God mij vertrouwen? Nee. Vertrouwt hij mij desondanks? Ja. God vertrouwt ook mij. Niet omdat ik zo’n goed mens ben en alles goed doe. Maar omdat hij ervoor kiest om mij te vertrouwen. Hij kiest ervoor om met mij te spreken. Hij kiest ervoor om in mij en door mij heen te werken.
En daarmee ben ik niet meer dan u of jij. Want hij kiest ervoor om al zijn volgelingen te vertrouwen. Ook u of jij.
Zelfvertrouwen
Oké, dus God vertrouwt mij, ondanks mijn onvolmaaktheid, ondanks mijn onbetrouwbaarheid. Na God kent niemand mij beter dan ikzelf. En geloof me: mij kun je echt niet vertrouwen. Ik beloofde om elke 15e van de maand een blog aan te leveren voor LightUp en dit is niet de eerste keer dat ik de deadline niet heb gehaald. Om maar een voorbeeld te noemen.
God is blijkbaar zo gek dat hij ervoor kiest om mij ondanks alles toch te vertrouwen. Hij kent mij door en door, hij weet wat hij van mij kan verwachten (en wat niet).
Misschien is het tijd om er ook voor te kiezen om mijzelf te vertrouwen. Ik ken mijzelf goed, dus weet ik wat ik van mijzelf kan verwachten en wat niet. Als ik eerlijk ben naar mijzelf toe, wek ik de juiste verwachtingen bij mezelf en bij anderen. Zou dat niet het begin zijn van zelfvertrouwen?
Hoe mooi dat God ook hierin ons voorgaat. Eerst vertrouwt hij ons. Dan vraagt hij of wij het aandurven onszelf te vertrouwen.
En, vertrouw jij jezelf?
Vertrouw ik God?
Ik heb nogal de neiging om de onvolmaaktheden van anderen en van mezelf te zien. Dan heb ik een gezellige kerst gehad, maar onthoud ik vooral dat de meiden ruzie hebben gemaakt tot slaan en schoppen toe. Dat blindstaren op het negatieve, weerhoudt me om gemakkelijk anderen te vertrouwen. Meestal denk ik: je zult zien dat ze elkaar weer gaan schoppen / je zult zien dat de ander het vergeet / je zult zien dat hij later is dan gezegd.
Hoewel er weinig aan te merken valt op God, heb ik ook moeite om hem te vertrouwen: je zult zien dat hij hele andere plannen heeft met mij dan ik.
Zo dacht ik laatst na welke moeilijke vraag ik liever niet aan God zou stellen, uit angst voor het antwoord. Die vraag is: hoe lang zou ik mogen genieten van al het moois dat God mij heeft gegeven? (Je zult zien dat hij het allemaal een keer afpakt.)
Ik geloof dat God van ons een volledige en totale overgave vraagt. Een moeilijke situatie overgeven vind ik niet zo moeilijk. Slecht is het al, het kan alleen maar beter worden. Maar: ons mooie huis, onze financiële zekerheid, onze gezondheid, ons gezin (ik kan echt niet zonder Mark en mijn meisjes). Hoe kan ik al dat mooie overgeven aan God? Misschien mag ik het allemaal tot aan mijn dood houden, misschien ook niet. Hoe kan ik erop vertrouwen dat wat er ook gebeurt, God weet wat ik nodig heb? Dat zijn liefde meer is dan alles wat ik van hem krijg?
Ja, ik geloof dat God het beste met mij voorheeft, dat als mooie dingen wegvallen, zijn liefde en nabijheid er altijd zijn. En toch.. tegen God zeggen: hier is mijn huis, mijn gezin, mijn gezondheid, mijn financiën, niet mijn wil, maar uw wil geschiedde.
Durf jij dat te zeggen? In overgave, met jouw hand in Gods hand, het nieuwe jaar in gaan?
Heer, alles wat ik ben, alles wat ik heb, ook in 2021 is het van u. Ik vertrouw u. Uw liefde, uw wijsheid, uw nabijheid. Geef mij elke dag de moed om alles wat ik heb en alles wat ik ben, aan u over te geven. Omdat ik u vertrouw. Amen.